donderdag 3 april 2008

Maandag

Siel, Talle en mama rijden naar Leuven. Papa komt met goede vriend Erwin achterna.
Papa wil uitzoeken wat er mis is gelopen met het transplanteren en wil de dokter spreken zonder mama. Mama spreekt de dokter van de dagzaal en vraagt om niet op de hoogte gebracht tot worden van eventueel slecht nieuws. Papa is hier zonder dat Siel dat weet en geeft het GSM nummer zodat er met papa kan gesproken worden.

Via GSM blijven we in contact, mama bij Siel en Talle, papa loopt van de ene dokter naar de andere. Hij wil echt alles weten of Siel nog kan gered worden.

Op't zesde hoort hij zeggen dat de samenstelling van chemo die Siel gehad heeft onmogelijk door de katheter kon. Conclusie verkeerde samenstelling!!! Ze zijn nu nog steeds aan het uitzoeken wat er mis is gelopen. De chemo die Siel voor de transplantatie kreeg kristalliseerde en duurde veel te lang alvorens die erin zat. De afspraak was dat die er op 8 uur in zat, het heeft uiteindelijk 16 uur geduurd. Papa is woest in alle staten. Wij zijn onze dochter kwijt door een verkeerde samenstelling van chemo, dit kan toch niet waar zijn!!!

Rond de middag is het bloedresultaat van Siel gekend. De dokter van de dagzaal roept me bij haar. Ze schuift het bloedresultaat onder mijn neus.
50 000 witte!!!
Ze zegt me dat dr Uytebroek ons alletwee wil spreken. Als Siel zo blijft stijgen gaat het geen week meer duren alvorens ze zal sterven.
Ik word bleek, ik zweet, ik begin in mijn hoofd een muur op te bouwen met dit kan niet waar zijn.
Ik begin me kracht in te spreken en blok me af van al dat slechte nieuws.
"Martine niet wenen, denk aan Siel, zij mag niks aan je zien, komaan Martine je kan het , niet wenen, knop omdraaien, afblokken."
In zo'n geval noem ik dat overleven. We willen Siel echt behoeden van hetgeen haar boven het hoofd hangt.
De dokter neemt me mee naar de gang waar papa en Erwin staan te wachten om dr Uytebroek te spreken. Ik deel papa het bloedresultaat mee, hij barst in tranen uit. Ik hou me recht aan Erwin. Gelukkig is die meegekomen.
Samen gaan we een kamer binnen en wachten tot dr Uytebroek komt.
Papa legt dr Uytebroek op de rooster met de misgelopen chemo. Mama heeft het verhaal niet gehoord want ze zat nog steeds met haar gedachten bij Siel en Talle. "Die twee moeten wel veilig thuis geraken, afblokken, concentreer u op je 2 kinderen hier. laat papa maar razen. Hij weet meer dan ik, hij wordt thuisgebracht door Erwin. Niet luisteren Martine, denk aan je kinderen."
Dr Uytebroek stelt voor om met cortisonen te starten om zo wat tijd te rekken. Misschien zakken de witte en gaat het minder snel gaan en kunnen we nog waardig afscheid nemen van Siel.
Na een huilbui van 1.5 uur ga ik terug bij Siel. Ze merken niks! Ze vragen alleen waar ik zolang gebleven was. Ik lieg hen voor en zeg dat ik op't vierde een praatje ben gaan maken met bekenden. Ze geloven me.
Liegen voor je kindren is in mijn ogen het smerigste wat je kan doen maar nu kon ik niet anders. Ik wil dat Siel zo lang mogelijk gelukkig blijft.

Ik moet me weer afvragen hoe ik heelhuids thuis ben geraakt!!! Maar het is me gelukt. In de auto vallen de meiden in slaap en begin na te denken hoe het verder moet. Wat kunnen we nog voor Siel doen om haar laatste dagen nog gelukkig te houden. Voor mij een héél moeilijke opdracht!!!

Wij zijn eerder thuis dan papa, hij is nog gebleven om het een en ander uit te klaren. De chemo blijft hem achtervolgen. Hij is op oorlogspad!!!
Owee voor diegene die dan voor hem staan!!!

Mama is verlamt als ze thuiskomt, alles gaat aan haar voorbij.
Het is mooi weer, de kinderen hebben zin in een ijsje. We halen de fietsen boven en fietsen om een ijsje. Pech de ijskraampjes zijn gesloten op maandag. Geen nood, op de hodonk zitten nog ijsjes in de vriezer. Ieder kiest zijn favoriet en we instaleren ons op het balkon van de boomhut. Papa en mama laten Siel een glas wijn inschenken en we genieten van het eerste lenteweertje. Siel heeft graag dat wij genieten van elkaar en dat doen we graag voor haar. Zeker nu!!!
We wachten tot de kinderen in bed zitten en zetten onze maskers af. Huilen en razen en vertellen en....

Sinds ik gestopt met met de blog in te vullen blijft de telefoon niet stil. Dit kunnen we nu eigenlijk missen. We hebben niet de tijd om met elkaar te praten en overleggen hoe het nu verder moet.
De nachten zijn verschrikkelijk, lang en gruwelijk.
We zijn alletwee bang voor wat er komen gaat. We zijn er nog steeds niet uit of we nu blijven zwijgen of zeggen we haar de waarheid.

Geen opmerkingen: